Baka (Bicheris)
16607
page-template,page-template-full_width,page-template-full_width-php,page,page-id-16607,page-child,parent-pageid-15471,bridge-core-2.6.1,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-content-sidebar-responsive,qode-theme-ver-24.6,qode-theme-bridge,transparent_content,disabled_footer_top,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-6.5.0,vc_responsive
 

Baka (Bicheris) ca. 2525 – 2521

Baka (Bicheris) ca. 2525 – 2521

 

Baka is een redelijke onbekende farao.
Hij volgde zijn vader Chefren op en regeerde een paar jaar.
Zijn naam is gevonden op een beeld bij Abu Roash, ook is graffiti gevonden met zijn naam in de piramide van Zawijet el-Aryan die waarschijnlijk door Baka werd gebouwd

Geboortenaam: bA(?)-kA(=i) Baka

(De Ziel van Ka)

Baka’s piramide te Zawijet el-Aryan.

 

In het midden van dit onafgemaakte bouwwerk ligt een enorme, oost-west georiënteerde greppel.
Op zijn vloer liggen grote blokken van kalksteen en graniet, de fundering van de grafkamer, in het westelijke gedeelte van de greppel staat een ovalen sarcofaag gemakt van roze graniet.
Rondom het onafgemaakte bouwwerk zijn de overblijfselen te vinden van een stenen omheining, wiens basis rechthoekig en noord-zuid georiënteerd is.

 

Voor meer informatie aangaande deze piramide, dan kun je in het document van Keith Hamilton “The Great Pit of Zawiyet el-Aryan, A Layman’s Guide” meer vinden, let wel dit is wel in het Engels, maar zeer de moeite waard, klik op de link hieronder om bij het betreffende document te komen.

 

The Great Pit of Zawiyet el-Aryan, A Layman’s Guide.

Neergaande gang in de piramide, foto uit 1912

Foto van de grafkamer uit 1912

Foto uit 1905 van de grafkamer met sarcofaag

Onafgemaakte schacht, tekening uit 2006 door Franck Monnier

Schematische weergave van de piramide

Basis: ±200 m
Lengte van de zijde: ±180 m
Lengte van de doorgang: 106 m
Omheining (noord-zuid georiënteerd) ±465 x 420 m

Kalksteenfragment met inscriptie nr. 21 inclusief de omineuze cartouche-naam

Het grootste probleem is het correct lezen van een cartouchenaam die binnen zes inktinscripties wordt aangetroffen. Terwijl het onderste (en dus tweede) hiëroglifische teken zeker een Ka-symbool is, is het voorgaande teken onleesbaar. Helaas heeft de opgraver, Alessandro Barsanti, geen exacte kopiën gemaakt, maar slordige handtekeningen, zodat het laatste teken ondefinieerbaar blijft.
Als gevolg hiervan zijn er verschillende, alternatieve lezingen van de cartouchenaam:
Kurt Sethe leest Nebka (Zijn Ka is de Heer), Jean-Philippe Lauer als Bik-Ka (Zijn Ka is goddelijk), Peter Kaplony leest Schena-Ka (Zijn Ka is Krachtig) en Gaston Maspero leest Nefer-Ka (Zijn Ka is Prachtig).
Wolfhart Westendorf stelt zelfs de afbeelding van een giraffe voor, een dier dat werd gezien als wijs en bedroefd met sjamanistische krachten.

Jürgen von Beckerath en George Reisner denken dat de piramide was gepland als het graf van een archeologisch ontdekte prins genaamd Baka, die zeker de zoon was van koning Djedefre.
Zijn naam was geschreven met de symbolen van een ram en het Ka-symbool.
Beckerath neemt aan dat Baka zijn naam veranderde in Bakare (Ziel en Ka van Ra) toen hij de troon besteeg, maar toen stierf hij verrassend genoeg en liet een onafgemaakte grafschacht achter.
Zo lazen Beckerath en Reisner de mysterieuze naam bij Zawyet el-Arjan als Ba-Ka (Zijn Ka is zijn Ziel).
Aidan Dodson ziet in plaats daarvan een zittend Seth-dier en leest daarom Seth-Ka (Seth is Mijn Ka).
Hij gelooft dat de piramide was gepland als het graf van prins Setka, een andere zoon van koning Djedefre.
Dodson twijfelt aan een lezing als “Baka”, hij vraagt ​​zich af waarom de cartouche-naam bij Zawyet el-Arjan geen zonnehiëroglief bevat terwijl het eigenlijk bedoeld was om aan de zonnegod te worden geadresseerd.
Beide theorieën zouden, indien correct, de datum van het graf in de vierde dynastie plaatsen.
Ten slotte wijzen Beckerath, Reisner en Dodson op de architectonische kenmerken van de grafschacht, het gebruik van uitgehouwen granietblokken voor bases van een dergelijke grootte komt niet eerder voor dan onder koning Khufu en volgens Barsanti werden fragmenten van een soortgelijke ovale sarcofaag gevonden in de piramide-ruïne van koning Djedefre.
Verder wijzen ze op de inwijdingstablet van Djedefre die Barsanti naar verluidt bij de trap zou hebben gevonden.