Imiramesha
J. von Beckerath stelt voor dat de naam van de heerser, welke betekent “Commandant van het leger” , primair een beetje was gerelateerd aan zijn functie en pas zijn naam werd op het moment dat hij de heerschappij overnam.
Aan de koning zijn kolossale zittende standbeelden van Tanis toegewijd, voornamelijk geplaatst te Memphis en later toegeëigend door Apopis. Hij heerste vermoedelijk 2 à 3 jaar.
Imiramesha wordt genoemd op de Turijnse canon, op kolom 7, regel 21 (invoer van Alan Gardiner 6.21) als [Smenkh] kare Imiremesha.
Geboortenaam: imi-rA-mSaw Imiramesha
(Commandant van het leger)
Troonnaam: smnx-kA-ra Semenkhkare
Granieten beeld van Imiremesha in het Egyptisch Museum in Caïro
De belangrijkste hedendaagse bronnen van Imiremesha zijn een paar kolossen gewijd aan Ptah “Hij die ten zuiden van zijn muur is, Heer van Ankhtawy” (rsy-ínb = f nb ˁnḫt3wy), een Memphite-bijnaam die aangeeft dat de beelden oorspronkelijk moeten zijn opgesteld in de tempel van Ptah in Memphis.
De kolossen werden later toegeëigend door de Hyksos-heerser van de 15e dynastie, Apepi I, die zijn naam op de rechterschouder van elk standbeeld had gegraveerd met een opdracht aan “Seth, Heer van Avaris” en de beelden in zijn hoofdstad Avaris liet plaatsen. Later werden de kolossen naar Pi-Ramses verplaatst door Ramses II, die ook zijn naam erop had geschreven, samen met een verdere toewijding aan Seth. Ten slotte werden de beelden tijdens de 21e dynastie naar Tanis verplaatst, waar de kolossen bleven tot de opgravingen in 1897 onder leiding van Flinders Petrie.
De twee beelden bevinden zich nu in het Egyptisch Museum en zijn genummerd JE37466 en JE37467.
Foto van een groot syeniet beeld van Imiremesha tijdens de opgravingen in 1897 bij de Grote Tempel van Tanis onder leiding van Flinders Petrie.
Het beeld, één van een paar, wordt nu tentoongesteld in het Egyptisch Museum van Caïro
en beide (JE 37466-7) dragen ook de cartouches van latere koningen (Aaqenenre Apophis, Ramses II).
(Auteur en foto: Flinders Petrie 1897)