Ramses IX (oorspronkelijk Amon-her-khepshef Khaemwaset genoemd) was de achtste farao van de twintigste dynastie van Egypte.
Hij was de derde langst dienende koning van deze dynastie na Ramses III en Ramses XI.
Er wordt nu aangenomen dat hij de troon heeft overgenomen op I Akhet dag 21 op basis van bewijs gepresenteerd door Jürgen von Beckerath in een 1984 GM-artikel.
Volgens Papyrus Turijn 1932+1939 genoot Ramses IX een regering van 18 jaar en 4 maanden en stierf in zijn 19e jaar in de eerste maand van Peret tussen dag 17 en 27.
Ramses IX wordt verondersteld de zoon te zijn van Mentuherkhepeshef, een zoon van Ramses III, aangezien de vrouw van Mentuherkhopshef, de dame Takhat, de prominente titel van koningsmoeder draagt op de muren van graf KV10, die ze zich aan het einde van de 20e dynastie toe-eigende en hergebruikte, er is geen andere koning van de 20e dynastie bekend die een moeder met deze naam heeft gehad.
Ramses IX was dus waarschijnlijk een kleinzoon van Ramses III.
Zijn regering is vooral bekend om de in jaar 16 en jaar 17 gehouden grafroofprocessen, opgenomen in de Abbott Papyrus, de Leopold II-Amherst Papyrus, Papyrus BM 10054 en op de recto van zowel Papyrus BM 10053 als Papyrus BM 10068.
Er is gesuggereerd dat de ongedateerde Papyrus Mayer B, die zich bezighoudt met de plundering van het graf van Ramses VI, ook uit zijn regering kan stammen, maar tot nu toe blijft dit een vermoeden.
Tijdens deze processen werd duidelijk dat verschillende koninklijke en adellijke graven in de Necropolis van West-Thebe waren beroofd, waaronder die van een koning uit de 17e dynastie, Sobekemsaf II.
Paser, burgemeester van Oost-Thebe of Karnak, beschuldigde zijn ondergeschikte Paweraa, de burgemeester van West-Thebe die verantwoordelijk is voor de veiligheid van de necropolis, ervan schuldig te zijn aan deze golf van overvallen of nalatig te zijn in zijn taak om de Vallei der Koningen te beschermen tegen invallen. door grafrovers.
Paweraa speelde een leidende rol in de vizieriële commissie die was opgericht om te onderzoeken en niet verrassend, het bleek onmogelijk voor Paweraa om officieel te worden beschuldigd van een misdrijf vanwege de indirectheid van het bewijsmateriaal.
Paser verdween uit het zicht kort nadat het rapport was ingediend.

Geboortenaam: ra-msi-sw xai-m-wAst mri-imn Ramesses Khaemwaset Meriamun
(Geboren uit Ra; verschijnend in Thebe; Geliefd door Amon)

Troonnaam: nfr-kA-ra (stp.n-ra) NeferkareSetepenre
(Mooi is de ziel van Ra; Gekozen door Ra)

Portret van Ramses IX uit zijn graf KV6.

Vallei der koningen – KV6 graftombe van Ramses IX – 20ste dynastie

De tombe van Ramses IX heeft opengestaan sinds de oudheid en heeft informele commentaren uitgelokt, die op de muren zijn gekrabbeld, van zo’n 46 klassieke toeristen.
Iets meer dan de helft van deze tombe lijkt te zijn afgemaakt ten tijde van de dood van de koning.
Na de helling met trap entree (A), zijn 3 goed beklede gangen (B,D,E) gegraven, waarvan de eerste een serie van 4 nis-achtige zijkamers heeft (C).
De putkamer en de hal met pilaren zijn eveneens afgemaakt, de gang erachter is vergroot t.b.v. de konings begrafenis.
De mummie van Ramses IX is ontdekt onder de andere mummies in de bewaarplaats DB320 te Deir El-Bahari.

Schematische weergave van de tombe.

I – Grafkamer (koning in goddelijke barque en scenes uit het “Boek der Aarde”, “Boek der Holen” en het Amduat, op het plafond scenes uit het “Boek der Hemelen”)

H – Afdalende passage leidend naar de grafkamer

G –Hal met 4 pilaren (niet versierd)

F – Putkamer (afbeelding van godheid)

E – 3de gang (Afbeeldingen van de koning en Osiris, scenes uit het boek Amduat)

D – 2de gang (scenes uit het “Boek der Doden” en het “Boek der Holen”, astronomisch plafond)

C – 4 nis-achtige zijkamers

B – 1ste gang (scenes uit de Litanie van Re en het “Boek der Holen”)

A – Entree met helling en trap

Blik op de plafonds in de tweede en derde gang van de tombe.

Reliëf van Ramses IX in Karnak.

Reliëf van de farao Ramses IX uit het Metropolitan Museum of Art.
(Foto: Keith Schengili-Roberts (Wikipedia) 2 February 2007)

De mummie van Ramses IX.

In 1881 werd de mummie van Ramses IX (nr. 5209) gevonden in de cache van Deir el-Bahri (DB320) in een van de twee doodskisten van Neskhons – de vrouw van de Thebaanse Hogepriester Pinedjem II.
De mummie van deze farao is blijkbaar niet onderzocht door Grafton Elliot Smith en niet opgenomen in zijn 1912-catalogus van de Royal Mummies.
Toen de mummie werd uitgepakt door Maspero, werd een verband gevonden uit een jaar 5, met vermelding van de dame Neskhons, hoogstwaarschijnlijk uit het bewind van koning Siamun.
Een andere strook linnen uit een jaar 7 identificeerde de mummie als “Ra Khaemwaset”, wat kan worden opgevat als een verwijzing naar Ramses Khaemwaset Meryamun (IX) of Ramses Khaemwaset Meryamun Neterheqainu (XI).
Maar aangezien een ivoren doos van Neferkare Ramses IX werd gevonden in de koninklijke cache zelf, en Ramses XI waarschijnlijk nooit werd begraven in Thebe maar eerder in Neder-Egypte, is de [koninklijke] mummie hoogstwaarschijnlijk die van Ramses IX zelf.
Er wordt geschat dat de koning ongeveer 50 jaar oud was toen hij stierf (maar het is buitengewoon moeilijk om de leeftijd van mummies correct vast te stellen) en zijn mummie bleek gebroken ledematen, een gebroken nek en schade aan zijn neus te hebben, die ontbreekt namelijk.
In april 2021 werd zijn mummie verplaatst van het Museum van Egyptische Oudheden naar het Nationaal Museum van Egyptische Beschaving, samen met die van 17 andere koningen en 4 koninginnen tijdens een evenement dat de Gouden Parade van de farao’s werd genoemd.