Siamoen was de zesde farao van Egypte tijdens de 21e dynastie.
Hij bouwde uitgebreid in Neder-Egypte voor een koning van de Derde Tussenperiode en wordt beschouwd als een van de machtigste heersers van de 21e dynastie na Psoesennes I.
Siamoen wordt vaak geïdentificeerd met de laatste koning van Manetho’s 21e dynastie, “Psinaches”, deze koning wordt gecrediteerd met een regering van slechts negen jaar, die vervolgens moest worden gewijzigd in [1]9 jaar op basis van een inscriptie uit de priesterlijke annalen van Karnak waarin een jaar 17 van koning Siamoen wordt genoemd.
Er is echter geen echte basis om de naam “Psinaches” te interpreteren als een verbastering van de naam Netjerkheperre-setepenamun Siamoen.
Onlangs is gesuggereerd dat Manetho’s “Psinaches” misschien eerder een verwijzing is naar koning Tutkheperre Sjosjenq als de directe opvolger van Manetho’s Osorkon de Oudere.
Het hoogste jaar voor Siamoen is een jaar 17, de eerste maand van Shemu-dag [verloren], genoemd in fragment 3B, regels 3-5 van de Karnak Priesterlijke Annalen.
Het registreert de inwijding van Hori, de zoon van Nespaneferhor, in het priesterschap in Karnak.
Deze datum was een maan Tepi Shemu feestdag. Gebaseerd op de berekening van dit maan Tepi Shemu-feest, is door de Duitse egyptoloog Rolf Krauss aangetoond dat het jaar 17 van Siamun overeenkomt met 970 voor Christus.
Vandaar dat Siamoen de troon ongeveer 16 jaar eerder in 986 voor Christus zou hebben ingenomen.
Een stèle gedateerd in Siamoen’s jaar 16 vermeldt een grondverkoop tussen enkele lagere priesters van Ptah in Memphis.
De inscriptie van het jaar 17 is een belangrijke paleografische ontwikkeling omdat het de eerste keer in de Egyptische geschiedenis is dat het woord farao als titel werd gebruikt en rechtstreeks werd gekoppeld aan de koninklijke naam van een koning, zoals in farao Siamoen hier.
Voortaan worden verwijzingen naar farao Psoesennes II (de opvolger van Siamoen), farao Shoshenq I, farao Osorkon I, enzovoort gemeengoed.
Voorafgaand aan de regering van Siamoen en in het hele Midden- en Nieuwe Koninkrijk, verwees het woord farao alleen naar het ambt van de koning.

Hoewel de oorspronkelijke koninklijke tombe van Siamoen nooit is gevonden, is er gesuggereerd dat hij een van “twee volledig vervallen mummies in de voorkamer van NRT-III (Psoesennes I’s tombe)” is op basis van ushabti’s die erop zijn gevonden en die de naam van deze koning droegen.
Het oorspronkelijke graf van Siamoen is mogelijk overstroomd door de Nijl, wat een herbegrafenis van deze koning in het graf van Psoesennes I tot gevolg had.

Geboortenaam: sA-imn Siamoen
(Zoon van Amon)

Troonnaam: nTri-xpr-ra (stp.n-imn) Netjerikheperre Setepenamon
(Als een God is de manifestatie van Ra; Gekozen door Amon)

Siamoen op een reliëf, uit Memphis.

(Bron: W. M. Flinders Petrie (1853-1942) Egypt and Israel, Society for promoting christian knowledge, London, 1911)

Ankhefenmut aanbidt de koninklijke naam van farao Siamoen in deze bovendorpel..
(Bron: University of Pennsylvania Museum, Philadelphia.)

Bronzen sfinx van Siamoen.
(Bron: E 3914, Department of Egyptian Antiquities of the Louvre)