Twaalf vrouwelijke wezens, die elk met beide handen een touw grijpen.
Boven het hoofd van een ieder bevindt zich een ster, zij heten: “Uren die voortslepen [de boot van Ra]”.
Uit het tiende hoofdstuk van het “Boek der poorten“.
Helaas is alleen de verzamelnaam bekend.
Voor de complete vertaling van het “Boek der Poorten“, kun je hier terecht, lees verder===>