Meret speelde een hoofdrol in het dagelijkse leven van de gewone Egyptenaren, maar werd niet met dusdanige proporties vereerd.
Ze was de godin van zang en vreugde en populair meest onder het gewone volk en minder bij de hogere klassen, die de voorkeur gaven aan de meer beroemde godin Isis, voor wie ze tempels bouwden.
Op Meret’s hoofd was meestal een Lotusbloem te zien en ze had vaak een offerschaal in haar handen welke ze naar de hemel reikt.
Een prinses van Het Middenrijk had de naam Meret en haar bewaarplaats van juwelen werd gevonden te Dashur rond 1880.
Verhalen (waarschijnlijk uit latere tijden) vertellen dat zij stond voor het achtste uur van de nacht.