Meretseger

Meretseger is een oude Egyptische godin, ze was de plaatselijke godin van de Thebaanse necropolis en werd vooral aanbeden door de arbeiders van de necropolis in de arbeidersnederzetting Deir el-Medina.
Ze was een almachtige godin die de inwoners kon helpen, straffen of vergeven.
Haar naam wordt vaak weergegeven als ‘Zij die van stilte houdt, de geliefde van de stiltemaker of zij die van stilte houdt. de stilte houdt van weergegeven‘.
De naam Meretseger zal echter waarschijnlijk eerder vertaald worden met ‘Ze houdt van stilte‘.
Vanwege haar belang heeft Meretseger ook tal van bijnamen: ‘de grote bergtop van West-Thebe‘, ‘het magische koninkrijk‘ (Weret Hekau), ‘paleisvrouw‘ of draagt ​​de naam van haar “woonplaats“, Dehenet-Imentet (top van het westen ). Meretseger werd ook wel het ‘oog van Ra‘ genoemd.

De afbeelding van de Meretseger was zeer gevarieerd vanwege haar vele bijnamen.
Ze werd afgebeeld als een vrouw met een slangenkop, een slang of een sfinx met een slangenkop.
Andere illustraties tonen haar ook als een koe of met een leeuwenkop.
Haar hoofddeksel was een cilindrische vruchtmaat (modius) die omgeven kon worden door een fries van uraeus.
Daarboven waren twee valkenveren en af ​​en toe de zonneschijf, maar de Hathor-kroon, de kroon van Neder-Egypte of een eenvoudige hoofdband sierden ook het hoofd van de godin.
Oorspronkelijk was Meretseger de enige personificatie van de Thebaanse necropolis, dus haar belang lag vooral in haar functie als de godin van de Thebaanse necropolis, waar ze werd aanbeden door de arbeiders, hun belangrijkste gebedshuizen bevonden zich daarom op de westelijke oever van de Nijl.

Zo was er in de buurt van het dorp Deir el-Medina een rots-heiligdom waar Ptah en Meretseger een cultus genoten.
Stèles uit Deir el-Medina (bijv. de stèle van de ambachtsman Neferabu uit de regering van Ramses II; Turijn CGT 50058) vertellen over het gevaarlijke karakter van de godin.
Ze werd ook aanbeden in een aantal particuliere huizen en er werden festivals gehouden ter ere van haar.
Een godin genaamd Hathor-Meretseger werd aanbeden in Esna.
In het Nieuwe Rijk veranderde de aanbidding van Meretseger.
Vooral in de Ramesside-periode (19e en 20e dynastie) werd de godin aanbeden als de personificatie van een bergtop die de westelijke oever van Thebe domineerde.