Belangrijkste cultusplaats van deze god was Memphis, waar men hem met verschillende andere goden (zoals Ptah-Sokar–Osiris en Ptah-Tatenen) verbond.
In de kosmogonie van Memphis geldt hij als scheppergod en staat hij aan het hoofd van de Enneade.
Uit het “Boek der Doden“, “De (ere)poorten van het huis van Osiris.
(Ere)poort 2 – Vrouwe der Hemelen, Meesteres van de twee landen, verzwelger van het vuur, Vrouwe der stervelingen, zij gijt oneindig veel groter dan welk mens.
De naam van haar portier is Ptah.
Onder de ramessiden (19e–20e dynastie) vormde Ptah samen met Amon en Ra de grote rijkstriade.
Het belang van deze god wordt duidelijk uit het feit dat talrijke kleinere cultussen voor hem in andere tempels waren ondergebracht,
Kunstenaars en ambachtslieden zagen in hem hun beschermheer en om die reden identificeerden de Grieken hem met Hephaistos.
Ptah wordt mummievormig afgebeeld, met en kap op het hoofd een scepter in de hand.