Antef of Intef
21794
page-template,page-template-full_width,page-template-full_width-php,page,page-id-21794,page-child,parent-pageid-15471,bridge-core-2.6.1,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-content-sidebar-responsive,qode-theme-ver-24.6,qode-theme-bridge,transparent_content,disabled_footer_top,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-6.5.0,vc_responsive
 

Antef of Intef

Intef, wiens naam gewoonlijk vergezeld gaat van uitdrukkingen zoals de Oudere, de Grote of Intef-aa geboren uit Iku, was een Thebaanse prins tijdens de Eerste Tussenperiode c. 2150 voor Christus en later beschouwd als een van de grondleggers van de 11e dynastie, die uiteindelijk Egypte herenigde.

Intef de Oudere was geen farao maar eerder de nomarch van Thebe c. 2150 v.Chr.
Als zodanig zou hij normaal gesproken ofwel een koning van de 8e dynastie of een van de Herakleopolitische koningen van de 9e of 10e dynastie hebben gediend.
Intef de Oudere zou het gebied van Thebe tot Aswan in het zuiden hebben gecontroleerd en niet verder naar het noorden dan Koptos, dat toen werd gecontroleerd door een andere dynastie van nomarchen.
Intef wordt verondersteld de vader te zijn van zijn opvolger op de Thebaanse troon, Mentoehotep I.

Intef de Oudere werd schijnbaar gezien als een van de grondleggers van de 11e dynastie na zijn dood. Zijn naam komt bijvoorbeeld voor in de kapel van koninklijke voorouders (nr. 13) die meer dan 600 jaar na de dood van Intef in Karnak werd gebouwd door Thoetmosis III. In de kapel krijgt Intef de titels iry-pat (“Erfprins“) en haty-a (“Graaf“). Intef de Oudere is waarschijnlijk te identificeren met de “Intef-aa geboren uit Iku”, aan wie Senoeseret I een zittend standbeeld opdroeg dat Antef als schrijver voorstelt:
Gemaakt door de koning van Boven- en Beneden-Egypte Kheperkare als zijn monument voor zijn vader, prins Intef de Oudere […] geboren uit Iku.

Intef de Oude was ook het voorwerp van particuliere cultus, zoals blijkt uit de stèle van Maati, een minderjarige ambtenaar van Mentoehotep II, die zich nu in het Metropolitan Museum of Art bevindt (inv. nr. 14.2.7). Op zijn stèle vraagt Maati dat gebeden worden gezegd voor “Intef de Oudere, de zoon van Iku“.

Op de koningslijst van Karnak staat Intef vermeldt als voorganger van Mentoehotep I.

Zittend standbeeld opgedragen door Senoeseret I aan Intef de Grote.

12e dynastie, graniet, H 60 cm, gevonden in Karnak in 1899. Cairo Museum, CG 42005.

Graftombe

Auguste Mariette heeft een stèle opgegraven van de ‘erfelijke prins Intefi’ in Dra’ Abu el-Naga’ op de westelijke oever van Thebe en nu in het Egyptisch Museum CG 20009.
De stèle geeft de titels van Intef en laat zien dat hij een niet nader genoemde farao diende:

Een offer dat de koning geeft aan Anubis, die op zijn berg is, die in de plaats van balseming is, Heer van de heilige plaats, dat hij aan de erfelijke prins, graaf, grote heer van de Thebaanse nome, kan geven, om de koning tevreden te stellen als bewaker van de poort van het zuiden, grote pilaar van hem die zijn twee landen tot leven brengt, de belangrijkste profeet toegewijd aan de grote god Intefi.

 

Jürgen von Beckerath gelooft dat deze stèle de grafstèle van Intef was, die oorspronkelijk in een kapel in de buurt van zijn graf werd geplaatst.

Stèle in de vorm van een valse deur van prins Intef, nomarch van Thebe, hier afgebeeld offers ontvangend van zijn dienaren.

Kalksteen, H. 104 cm, uit Dra Abu el-Naga, proto-11e dynastie, Eerste tussenperiode. Caïro, Egyptisch Museum CG 20009.