Harsiese I of ook wel Harsiese A, wordt door de egyptoloog Kenneth Kitchen in zijn Derde Tussenperiode van Egypte beschouwd als zowel een hogepriester van Amon als de zoon van de hogepriester van Amon, Sheshonq C.
Het archeologische bewijs suggereert dat hij inderdaad de zoon van Shoshenq C was.
Recent gepubliceerde studies van de Duitse egyptoloog Karl Jansen-Winkeln in JEA 81 (1995) hebben echter aangetoond dat alle monumenten van de eerste (koning) Harsiese aantonen dat hij op zichzelf nooit een Hogepriester van Amon was.
In plaats daarvan worden zowel Harsiese A als zijn zoon […du] – wiens bestaan bekend is uit inscripties op diens grafobjecten in Koptos, alleen geattesteerd als gewone priesters van Amon.
In plaats daarvan was Harsiese A zeker een onafhankelijke koning in Thebe tijdens het eerste decennium van het koningschap van Osorkon II, maar hij was een andere persoon dan een tweede persoon die ook Harsiese werd genoemd: Harsiese B.
Harsiese B was de echte Hogepriester van Amon, die volgens Jansen-Winkeln laat in het bewind van Osorkon II, in het regeringsjaar 6 van Sheshonq III en in de regeringsjaren 18 en 19 van Padibastet I in functie was.
Hoewel Harsiese A misschien koning werd in Thebe voorafgaand aan jaar 4 van Osorkon II, regeerde hij zeker over Thebe tijdens het eerste decennium van het bewind van Osorkon II, zoals Kitchen opmerkt.
De heerschappij van Osorkon II over deze grote stad wordt pas alleen gedocumenteerd door twee afzonderlijke Nijlniveau-teksten van Jaar 12, wat betekent dat Harsiese tegen die tijd was overleden.
Als Harsiese al eerder in Thebe regeerde onder Takelot I, zou dit kunnen helpen verklaren waarom Takelot I’s eigen jaar 5, jaar 8 en jaar 14 “Nile Level-teksten”, die de dienende Hogepriesters Iuwelot en Smendes II vermelden, die allemaal broers waren van Takelot , laat consequent elke vermelding van de naam van Takelot weg, zoals Gerard Broekman treffend opmerkt in een artikel in JEA (88 (2002)).
De naam van Takelot I is hier met opzet blanco gelaten, dit kan wijzen op een mogelijke rivaliteit tussen Takelot I en Harsiese A in Thebe.
De Amon-priesters hebben er misschien voor gekozen om zich niet in dit geschil te mengen door de naam van de regerende koning weg te laten.
Geboortenaam: Hr-sA-ist (mri-imn) Harsiese Meriamon
(Horus, zoon van Isis; Geliefd door Amon)
Troonnaam: HD-xpr-ra stp-n-imn Hedjkheperre Setepenamon
(Helder is de manifestatie van Ra; Gekozen door Amon)
Het graf van Harsiese.
Volgens een boek uit 1994 van de Engelse egyptoloog Aidan Dodson, werd koning Harsiese begraven in een graf in de temenos in Medinet Habu, in de trog van een granieten kist (JE 60137) gemaakt voor de zus van Ramses II, Henutmire, (en) afgesloten met een deksel met een havikskop.
Toen ze werden opgeruimd, werden vier canopische potten gevonden…
Er zijn geen sporen van deksels bewaard gebleven, wat suggereert dat dergelijke items van [bederfelijk] hout kunnen zijn geweest.
Dodson merkt op dat de kist van Harsiese qua stijl vergelijkbaar is met de zilveren kist met havikskop van Sheshonq II en met de overgebleven sporen van de vergulde kist en kartonnage van Osorkon II (pp. 88-89).
Sarcofaag van koning Harsiese A.
(Bron: Caïro Museum)
