Boek der Hemelen
26641
page-template,page-template-full_width,page-template-full_width-php,page,page-id-26641,page-child,parent-pageid-15471,bridge-core-2.6.1,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-content-sidebar-responsive,qode-theme-ver-24.6,qode-theme-bridge,transparent_content,disabled_footer_top,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-6.5.0,vc_responsive
 

Boek der Hemelen

Boek der Hemelen

 

Dit boek, ontwikkeld gedurende de laatste fase van het Nieuwe Rijk, beschrijft de passage van de zon door de hemelen.
Er zijn feitelijk een aantal individuele boeken, tot de beter gedocumenteerde hiervan behoren:
Het Boek der Dag”, “Het Boek der Nacht” en “Het Boek van Nut”.
Nauw verwant is “Het Boek van de Hemelse Koe”.
Bijvoorbeeld, “Het Boek der Nacht”, beschrijft net zoals andere boeken, de reis van de zon, maar dan geplaatst binnenin Nut, godin der hemelen.
Ze slikt de zon aan het eind van de dag in en elke morgen laat ze de zon weer geboren worden.
Passages uit deze boeken worden meestal gevonden in graftombes uit de periode der Ramessiden.
Het “Boek van de Hemelse Koe” begint met “de Mythe van de Vernietiging der Mensheid”, de Egyptische versie van het verhaal over de zondvloed.
In het begin was het daglicht altijd aanwezig en mensen en goden leefden samen op de aarde.
Dit werd afgeschilderd als het paradijs, echter mensen rebelleerden tegen de verouderde zonnegod, Ra.
Ra stuurde Hathor als zijn oog (cobra slang) om de rebellen te straffen, die begon ze met vuur te vernietigen.
Echter op een gegeven moment begon Ra medelijden te krijgen en misleide Hathor door sommige mensen te laten leven.
Vervolgens reorganiseerde Ra de Hemel en de Onderwereld en liet de aarde achter op de rug van de Hemelse Koe.